Koken in Suriname is een feest.
Door: Peter
Blijf op de hoogte en volg Peter en Marlies
10 November 2013 | Suriname, Paramaribo
Onze huizenjacht heeft eindelijk een huis opgeleverd. Het huis wordt de Loods genoemd en dat komt goed uit, want we willen daar onze goederen gaan "opslaan". Het huis heeft echt wat en ligt in een rustige buurt. Ook in dit geval wel bijzonder, want ik woon zo meteen, op een steenworp afstand van de straat waar ik als jongetje van 5-10 heb gewoond. De afstand tot Lindsay is wel weer verder, maar kort bij het werk.
--------------------------------------------------------------------------------
Op speciaal verzoek voor Jolanda, de Surinaamse keuken: http://www.sranangkukru.net/skphp/start.php?menu=recepten
Ik kan nog geen tips geven, maar als ik binnenkort een gerecht noem, dan staat hij mogelijk hierin.
Voor mensen die wat meer over Suriname willen zien of horen zijn de navolgende links:
--------------------------------------------------------------------------------
http://www.youtube.com/watch?v=m88AFJ8AxYo Surinam. Pingpe & jungle, Back-to-Basic? *** trailer ***
http://www.youtube.com/watch?v=ehpcgqnWqVY Anaconda slang in Guyana
http://www.youtube.com/watch?v=frwl4p56ADg
Les 3: Inburgeren
Grappige uitdrukkingen. Ben is behoorlijk precies op allerlei dingen. Noem het smetvrees, want hij heeft zelfs een fles water in zijn auto voor het geval hij iemand een hand moet geven, want diegene zou wel eens een hond kunnen hebben aangeraakt. Zijn vrouw Bea zegt: “Je weet, Ben is een beetje stippelijk.”
Een ander mooi woord is hardlijvig en het betekent: constipatie. Als je lijdt aan het tegenovergestelde, dan heb je last van losse buik. Het overeenkomstige woord in Sranan Tongo is lusubere (u = oe) en wij vinden dat wel een mooi woord voor diarree.
Een bijzonder woord waarvan we niet kunnen achterhalen waar het vandaan komt, is “boelen”. Iemand die een beetje gek is (onaangepast), is “geboeld in z’n hoofd”, maar dat is wel heel heftig uitgedrukt want eigenlijk betekent boelen homoseksueel gedrag...
Tijdens onze afwezigheid “gooien alle buren een oogje” op ons huis hoewel ze weten dat alle spullen goed zijn “opgesloten”. Tante Greta vierde een bigi jari (70) en gelukkig regelden haar dochters de catering want als gastvrouw en feestvarken had ze natuurlijk “de bonte mond”, d.w.z. dat ze met iedereen moest babbelen. En Wensly was in ons huis aan de slag met zijn handlangers. Dat betekent niet dat er een stelletje criminelen bezig is, want dit woord voor assistent heeft in Suriname geen negatieve bijbetekenis. We kwamen het ook tegen in een personeelsadvertentie. “Gevraagd: halfwas timmerlui en handlangers.”
Onze Creoolse buurvrouw komt regelmatig langs en dist dan allerlei sappige verhalen op. Bijvoorbeeld over Hindoestanen (Creolen en Hindoestanen liggen elkaar helemaal niet) en om haar verontwaardiging kracht bij te zetten zei ze: “Mijn haar is toch niet glad!”
Het Surinaamse taalgevoel begint ons al zo eigen te worden, dat we er zelf ook aan meedoen. Analoog aan: “Ik weet toch waar je huis woont”, zei P laatst spontaan in de auto: “Deze weg rijdt een andere kant op.”
De gezondheid van JW’s vader is prima maar hij loopt niet echt meer als een kievit (wat mag je verwachten van een 89-jarige?). Hier liep hij met een stok maar in Nederland heeft hij ook een rollator. Ma wordt ook al een dagje ouder en is helemaal in de ban van deze gadget. “Zo’n stootwagen is handig toch, als je wil groente kopen enzo…”
Ook in het kader van JW’s ouders: buurvrouw Lea kon b;ijkbaar niet zo gauw op het woord “acclimatiseren” komen, en vroeg: “Hebben jullie al een beetje kunnen ontdooien?”
Surinamers leven meer buiten dan binnen en ze hebben dan ook standaard een groot terras (wat in Suriname “balkon” heet) en een kleine woonruimte binnenshuis. Toch heet de voorkamer hier… voorzaal. Bij ons is dat de plek waar wij tot afgrijzen van velen ons Toyotaatje stallen als we weg zijn.
De meeste mensen die in Suriname buiten de stad wonen, zoals wij, hebben hun hek en voordeur open staan en er is geen bel. Maar Surinamers zijn te beleefd om zomaar binnen te lopen. Hoor je “klop klop” roepen, dan weet je dat je bezoek hebt. Maar “klop klop” is meestal overbodig omdat de harige vierpotige bel uitmuntend functioneert. Behalve Boris maar die is dan ook op noodlottige wijze aan zijn einde gekomen.
Surinamers gaan niet naar een verjaardag maar naar een “verjaring” en eigenlijk lijkt dat laatste grammaticaal gezien correct.
Als je “grote ogen op iemand hebt” ben je jaloers.
Voor Mia is het gezichtsverlies als haar rijst een beetje te gaar is; ze zegt: “Je hebt m’n gezicht laten vallen.” Ze geeft niet graag aanleiding tot boosheid: “Anders ga je me schreeuwen.” In haar warung serveert ze natuurlijk diverse bijgerechten. Die noemt ze (bijvoorbeeld) “kouseband aan een kant”. We aten met haar in een warung van iemand anders en ze vond het eten heel goed: “Het kan passeren.” In de auto eet ze niet graag “anders begint haar maag te praten”.
“Voordat je denkt.” Een geliefde uitdrukking en het betekent: voor je het weet.
“Zuiver.” Inderdaad, precies, ik ben het met je eens. “Duizend”. Absoluut. Uitdrukkingen van Mboetoe, die ons laatst verraste toen zijn cell afging: “Het schreeuwt in m’n broek.”
“Ik ben zo iemand...” Dit heeft niet speciaal een andere betekenis dan die een NL-er eraan zou geven, maar het is wel een typisch Surinaamse uitdrukking waarmee men wil aangeven hoe men in het leven staat.
Ze zeggen niet: Het is warm, maar ze zeggen: “De zon is fel.” (Inderdaad is het dan 40°C en hoog tijd om je paraplu uit te klappen – de parasol is hier onbekend, waarschijnlijk omdat het hier ook behoorlijk kan regenen).
Ze zeggen niet: Ze praat hard, maar: “Die vrouw praat luid.”
Ze zeggen niet: Ik zal je (iets) laten zien, maar: “Ik ga je wijzen.”
Ze zeggen niet: Je moet me vertellen, maar: “Je moet me melden.”
Ze zeggen niet: Hoe heet het ook alweer, maar: “Hoe heet dat ding.”
Een “laterzaak” is een aangelegenheid van later zorg.
“Meisje!” Een uitroep waarmee Surinaamse dames onder elkaar hun gebabbel doorspekken. Ze kletsen trouwens alles meteen door: “Hun mond loopt snel!”
Nog een uitdrukking met mond: “Z'n mond was in z’n reet”, hij kon niks meer zeggen.
Vraag een Nederlander hoe het gaat, en het standaard antwoord is: “Druk.” Vraag je hetzelfde aan een Surinamer, dan is het antwoord steevast: “Rustig.” Het grappige is dat ze met deze woorden allebei aangeven dat het goed gaat.
Srebi boeng;slaap goed.
-
10 November 2013 - 17:42
Jolanda:
Weer interessant Peter!
Heb de link al bekeken. Thankx.
Jullie hebben een bedrijfsfeestje gehad. Heeft 1 van jullie een baan
?
Liefs jolanda -
13 November 2013 - 13:34
Kloosterman:
Leuk om jullie verhalen te lezen!! Zo te lezen gaat alles goed daar.
Buurtjes van de Patrijs
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley